Kamsalamander duikt op in de noordelijke Loonse en Drunense Duinen
Artikel
In de Loonse en Drunense Duinen speelt zich een succesverhaal af. Daar blijkt één van de zeldzaamste amfibieën van ons land, de kamsalamander, aan een opmars bezig te zijn. En dat terwijl deze soort sinds de jaren negentig op veel plekken in Nederland is verdwenen.
Het leefgebied van deze grootste watersalamander staat dan ook zwaar onder druk. Kamsalamanders houden van kleinschalige landschappen met bosjes, struwelen, kruidenrijke graslanden, visvrije poelen en zwakgebufferde, dus niet te zure vennen. Maar veel van die landschapselementen zijn de laatste decennia verdwenen. De kamsalamander heeft daar van alle Nederlandse amfibieën het meest onder geleden.
“Daarom zijn wij positief verrast met de ontdekking van een tot nog toe onbekende populatie kamsalamanders in het noordelijk deel van de Loonse en Drunense Duinen”, vertelt Wouter Beukema, onderzoeker bij RAVON, de organisatie die zich inzet voor de bescherming van reptielen, amfibieën en vissen in Nederland. In opdracht van de provincie monitort RAVON in zes Natura 2000-gebieden populaties van de kamsalamander. In Noord-Brabant zit de soort door verschillende beschermingsplannen lokaal in de lift. “Deze nieuwste ontdekking in de Loonse en Drunense Duinen is daar een mooi voorbeeld van”, aldus Beukema.
Kamsalamander (Bron: Jelger Herder)
Verstopt achter de duinen
Deze nieuwe populatie werd ontdekt tijdens recent onderzoek van een aantal poelen door RAVON met medewerking van Natuurmonumenten en de Natuur- en Milieuvereniging Heusden (NMVH). “Wij weten dat er kamsalamanders leven in nabijgelegen natuurgebieden”, vertelt onderzoeker Beukema, “maar het is onwaarschijnlijk dat die dit deel van de duinen hebben weten te bereiken. Daarvoor liggen er te veel barrières in de vorm van kanalen en wegen.” Toch zijn er nu in een tiental poelen kamsalamanders aangetroffen. Die poelen liggen in vijf kilometerhokken waar geen historische waarnemingen van bekend zijn. “Dit toont wel aan dat kamsalamanders heel lang onder de radar kunnen leven”, zegt Beukema. “Waarschijnlijk heeft een klein aantal dieren in uithoeken van het gebied weten te overleven en door allerlei recente natuurherstelmaatregelen een ‘boost’ gekregen.”
Natuurherstel loont!
Natuurmonumenten heeft ongeveer tien jaar geleden meerdere poelen in het noorden van de Loonse en Drunense Duinen aangelegd. “Dat hebben wij niet alleen voor de kamsalamander gedaan, maar ook voor andere amfibieën, libellen, vlinders en vogels”, aldus boswachter Gerard van den Burg van Natuurmonumenten. “Met een uitgekiend poelenplan onderhouden we al deze poelen. We zorgen dat ze niet helemaal dichtgroeien, dat er niet te veel slib op de bodem komt en dat de zon het water kan opwarmen.”
Poel (Bron: Wouter Beukema)
Ook Natuur- en Milieuvereniging Heusden werkt aan natuurherstel. In hun natuurgebied Middelakker, op de voormalige bosbessenkwekerij aan de Duinlaan, hebben ze kleinschalige landschapselementen aangelegd, waaronder ook poelen. Die zorgen inmiddels ook voor een veilig heenkomen voor de kamsalamander. Leden van de NMVH zijn niet helemaal verrast door de komst van de soort, want zij weten vijvers en bospoelen aan te wijzen waar de soort waarschijnlijk lang over het hoofd is gezien.
Verbinden belangrijk voor groot kamsalamanderbolwerk
De kamsalamanders zijn in bescheiden aantallen in zo’n tien poelen aangetroffen. De afstand tussen die poelen is groot en dus niet eenvoudig te overbruggen voor de kamsalamander. Om een gezonde, duurzame populatie te realiseren is het nodig om meer voortplantingslocaties te creëren. Als een soort stapstenen zouden meer poelen aangelegd kunnen worden, waardoor amfibieën kleinere afstanden hebben te overbruggen. Omdat de kamsalamander ook in nabijgelegen natuurgebieden voorkomt, lijken alle ingrediënten aanwezig om op termijn een groot kamsalamanderbolwerk te realiseren. Advies hiertoe wordt door RAVON opgenomen in een rapport voor beheerders en provincie.
Tekst: RAVON; Natuurmonumenten
Foto’s: Jelger Herder; Wouter Beukema
427