Onderzoek naar slangenschimmel in Nederland
Doe mee
RAVON en de Universiteit Gent doen onderzoek naar de schimmel Ophidiomyces ophiodiicola, die bij slangen Snake Fungal Disease kan veroorzaken. Omdat deze ziekte dodelijk kan zijn voor slangen, is het tijdig detecteren van de schimmel belangrijk om een eventuele uitbraak te kunnen beheersen. De onderzoekers zijn daarom op zoek naar waarnemingen van dode of zieke slangen én naar slangenhemden.
Symptomen Snake Fungal Disease
De slangenschimmel komt zowel in Noord-Amerika als in Europa voor. In Europa is er een andere variant aanwezig zijn dan in Noord-Amerika. Slangen met een zware infectie zijn vaak sloom, ze zonnen bovengemiddeld veel en vertonen daarbij verminderd vluchtgedrag.
Een infectie is te herkennen aan afwijkend gekleurde en gevormde schubben, gelige en bruine korsten op de huid en een verhoogde frequentie van vervelling. Ook zwelling van de huid en onderhuidse knobbeltjes kunnen zichtbaar zijn, en kleine zweren tot een dodelijke schimmelinfectie met ernstige zweren. Op vervellingen is de infectie te herkennen aan kleine littekentjes. Het is ook mogelijk dat de schimmel aanwezig is op een gastheer, maar geen ziekte veroorzaakt. Vervellingshuiden van dit soort ogenschijnlijk gezonde individuen zijn zeer welkom voor het onderzoek.
Door SFD aangetaste buikschubben in vervellingshuid. (Bron: Zoological Society of London)
Door SFD beschadigde buikschubben bij een ringslang (Bron: Zoological Society of London)
Door SFD gestorven ringslang (Bron: Zoological Society of London)
Nog geen schimmel gevonden, wat nu?
Sinds de start van het onderzoek is Snake Fungal Disease (FSD) niet in Nederland aangetoond. In andere Europese landen zoals Groot Brittannië, Duitsland, Oostenrijk en Zwitserland is de schimmel wel bekend. Zeer recent is de schimmel ook in Italië ontdekt. Het uitblijven van positieve monsters kan betekenen dat de schimmel nog niet in Nederland aanwezig. Maar het kan ook zo zijn dat de schimmel wel aanwezig is, maar zeer weinig voorkomt en dus lastig te ontdekken is.
In beide gevallen is het belangrijk de screening in zijn huidige vorm in stand te houden. Het DNA van de schimmel kan worden aangetoond in vervellingshuidjes en in de huid van dode dieren. Om die reden zijn zowel de slangenhemden (gehele of gedeeltelijke vervellingen) als dode dieren bruikbaar voor onderzoek.
Oproep: geef waarnemingen door
Heeft u een dode slang gevonden? Of heeft u een slang gezien met verdachte zweren, korsten en dergelijke, al dan niet gecombineerd met afwijkend gedrag? Maakt u dan alstublieft goede foto’s (inclusief goede detailopnames van de getroffen lichaamsdelen), noteer de exacte datum en locatie en neem contact op met Tariq Stark van RAVON.
Heeft u een vervellingshuidje gevonden? Die zijn welkom voor het onderzoek, ook slangenhemden zonder littekens. U kunt ze opsturen naar RAVON, t.a.v. Tariq Stark, Toernooiveld 1, 6525 ED Nijmegen, met vermelding van naam, locatie en datum. Bewaar de vervellingshuidjes per stuk droog en donker bij kamertemperatuur in een papieren envelop (niet in een plastic zakje).
Tekst: Tariq Stark, Wouter Beukema & Maarten Gilbert, RAVON mede namens An Martel & Frank Pasmans, UGent
Foto's: Raymond Creemers, RAVON (leadfoto: ringslang); Zoological Society of London
574